‘Mijn lot bracht me hier om mensen te helpen’


Rayan E, Salma, Naoufal en Yousef vertellen het verhaal van Ahmed el Mesri
Palembangstraat 5De Indische buurt

Ahmed el Mesri stelt voor om buiten te gaan zitten voor het interview. Hij rijdt met zijn rolstoel naar de tafel buiten, in de achtertuin van de Meevaart. Het eerste dat hij tegen de kinderen zegt als iedereen zit, is: ‘Ik ben gezegend dat jullie me komen interviewen. Jullie zijn de toekomst.’

Waarom bent u naar Nederland gekomen?
‘In juli 1976, 41 jaar geleden, heb ik mijn tas gepakt en zei ik: ‘Mama, ik kom over een maand terug’. Ik was 16 jaar, had een souvenirwinkeltje in Tetouan en verdiende goed, wel 25 euro per dag. Dat was heel veel. Als je destijds in de bouw werkte, verdiende je 35 cent per dag. Ik was rijk maar ik was ook nog een puber die wilde ontdekken wie hij was. Om mij heen zag ik veel hippietoeristen, lang haar, kleurige kleren, flower power. Ik keek naar de blonde meisjes en wilde zelf ook hippie spelen. Groot en sterk was ik, voor niemand en niets bang. Ik had een schurkenkop en ik was een vuurtoren die gevaar kan signaleren. Men dacht dat ik al 25 was. In Marokko word je eerder volwassen. Ik vertrok in mijn eentje en reisde als hippie door Spanje, Frankrijk, België naar Nederland. Toen ik in Amsterdam kwam, zei ik: “Wow, hier wil ik een tijdje blijven.” Vanuit Amsterdam ging ik ook op reis, naar Engeland en Zweden. Maar daar kreeg ik weer heimwee naar Amsterdam. Het was mijn stad.’

Bent u altijd in Amsterdam gebleven?
‘Na twee jaar wilde ik terug naar Marokko want daar lag mijn toekomst als zakenman, vond ik. Vlak voor mijn vertrek, op een kwade dag in 1978, vroeg een kennis of ik mee uitging naar een discotheek in Sneek. Ik wilde niet want ik moest de volgende ochtend om 6 uur op. Hij drong aan en tegen mijn zin ging ik toch mee. Diep in de nacht reed hij met mij terug. Bij Lelystad vloog de auto uit de bocht. Toen ben ik overleden. Zo voelde het. Ik had een dwarslaesie en zou nooit meer kunnen lopen. Voor de rest van mijn leven gehandicapt. Terug naar Marokko om daar zakenman te zijn, kon niet meer. Daar zat ik dan. Alleen, zonder familie en zonder echte vrienden. Ik moest alles opnieuw leren en moed verzamelen om door te gaan. Ik moest nieuwe plannen maken.’

Is dat u gelukt?
‘Het ongeluk heeft mij in Nederland gehouden. Mijn lot heeft me hier gebracht om mensen te helpen. Dat is mijn werk en leven geworden, net zoals mijn ouders dat hebben gedaan. Mijn moeder hielp bij de geboorte van baby’s en het opbaren van doden, mijn vader was handelaar en imam en hielp zo ook mensen. 27 jaar geleden ben ik met de organisatie Assadaaka begonnen, dat ‘Vriendschap’ betekent, en hulp biedt aan kwetsbare buurtgenoten. Vroeger had je allemaal aparte organisaties voor verschillende groeperingen. Ik vond dat we slechts een karretje nodig hadden dat we samen moeten trekken. We zijn allemaal Nederlander. Misschien geen Hollander of Kaaskop, maar wel Nederlander. Ook al komen wij, of onze ouders of grootouders, uit een ander land. Met Assadaaka hebben we duizenden mensen geholpen. Werk dat door 250 vrijwilligers wordt gedaan. Als iemand met tranen binnenkomt en met een lach vertrekt, ben ik gelukkig. Dat is met geen goud te betalen.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892