Erfgoeddrager: Mingus

Met een groep blije mensen stonden we ze op te wachten

Theo Hoetink en zijn partner begroeten Tobias, Mingus, Ella en Yasmine aan een tafel vol boeken en foto’s, waarop nog nét een plekje is voor wat schaaltjes chips en pakjes drinken. Hij vertelt de leerlingen van De Zonnewijzer in Diepenveen over de winkel van zijn ouders, alle bewoners van hun huis en over de bevrijding.

Wat was uw eerste herinnering aan de oorlog?
‘Ik was pas 3 jaar toen de oorlog begon, maar ik herinner me nog dat de Duitse soldaten te paard in Diepenveen aankwamen. Een paard was zó wild of geschrokken dat hij het gangetje tussen deze twee huizen in stormde. Het scheelde maar weinig of hij was bij ons door het raam gegaan. Hij stopte nog net voor de vensterbank!”

Uw ouders hadden een kruidenierszaak; hoe was dat?
Mijn ouders waren in 1936 begonnen met hun kleine kruidenierswinkel. Die zag er natuurlijk heel anders uit dan de supermarkt van nu. Alle spullen werden los verkocht en in papieren zakken gedaan. In de oorlog waren er maar weinig goederen te verkopen en alles was op de bon. Dit was bedacht om de etenswaren eerlijk te verdelen. Ik zal jullie die bonnen laten zien… Er waren bonnen voor suiker, boter, aardappelen; eigenlijk voor álles. De bonnen die de klanten bij ons inleverden, plakte mijn moeder op grote vellen. Een keer was ze zó moe van het werk en daarna nog het plakken van de bonnen, dat ze er bovenop in slaap viel. Toen ze wakker werd, plakten de bonnen aan haar gezicht.

‘Mijn vader moest eens boodschappen bij meneer Cohen. Die vertelde hem dat hij zijn huis uit moest, omdat de Duitsers de woning nodig hadden. Meneer Cohen en zijn zoon Arnold kwamen daarna bij ons in huis. Bij ons woonde ook nog een meisje uit Rotterdam omdat er in Rotterdam veel te weinig eten was. Bovendien woonden er een paar Duitsers bij ons in huis. Ze hadden hier een kantoor dat ’s nachts zelfs bewaakt werd. Als het donker werd, moest mijn vader spijkerwacht lopen. Dan moest hij met een groepje mannen de spijkers opruimen die de verzetsmensen daar hadden neergelegd. De spijkers zorgden natuurlijk voor lekke banden in de Duitse auto’s.’

Wat was de belangrijkste gebeurtenis in de oorlog?
‘De bevrijding natuurlijk! De Canadezen kwamen vanuit Deventer naar ons toe. We stonden hen met een hele grote groep blije mensen op te wachten, hier voor het huis. Bij de splitsing reden ze de verkeerde kant op. Arnold Cohen rende heel hard door het bosje naar de Canadezen toe en liet ze omkeren, zodat ze wél bij ons langs reden. Ze deelden chocola en sigaretten uit. Wat waren we blij! Kijk maar naar deze foto, waar 99 feestvierders op staan. Hier heb ik ook nog een foto waarop je de gevangengenomen Duitsers ziet, aan de Boxbergerweg hier in het dorp.

‘Van onze Duitse logés hebben we eigenlijk helemaal geen last gehad. Toen de bevrijders eraan kwamen, hadden ze wel haast om te vertrekken. Ik heb nog een echte sabel van hen gekregen, want dat was te lastig om mee te nemen, maar die moest ik van mijn vader aan Arnold Cohen geven.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892