Erfgoeddrager: Lorelai

‘Onze poes Pumpsi stal dat vlees van het aanrecht bij de overbuurman en wij aten het lekker op’

Aty Nijntjes (1934) houdt  veel van dieren. In de woonkamer loopt een heel oud hondje rond en een nieuwsgierige poes, Aagje. Verder staat het hele huis vol met zelfgemaakte knuffelbeesten, wandkleden en kleiwerken. Aty kan ook goed handwerken. Maar wat ze ook goed kan is vertellen, vinden Sterre, Pim, Lorelai, Nour en Sofie, die bij haar op bezoek zijn. Meer dan een uur lang vertelt Aty de leerlingen van basisschool Et Buut in Zaandam hoe zij als zesjarig meisje de oorlog beleefde.

Wat zijn uw ergste herinneringen uit de oorlog? 

Mijn vader is in 1942 overleden aan kanker. Toen was mijn moeder dus ineens alleen met vier kleine kinderen en daar had ze haar handen aan vol. Ik was de jongste. Ik had een oom en een tante op de Prins Hendrikstraat 4 in Koog aan de Zaan die onderduikers hadden. We kwamen daar vaak, maar hebben nooit geweten dat er mensen verscholen zaten. Ze hielden zich muisstil. Ik weet ook nog van de fusillade op de Burcht. Ik heb het niet gezien, maar ik hoorde wel schoten. Ik kwam toen net uit school en liep met een vriendinnetje op de Zuiddijk. Het gebeurde op de Prins Hendrikkade, dat is maar een klein stukje verderop. Ik zag dat er vrachtwagens stonden met hooi. Daar werden tien doodgeschoten mensen in gestopt. Ik kwam toen helemaal overstuur thuis.

Had u ook huisdieren vroeger?

Ja, we hadden een poes die Pumpsi heette. Aan de overkant van de straat woonde een kleermaker die kleding maakte en repareerde, in ruil voor vlees. Pumpsi stal dat vlees weleens van het aanrecht en nam het mee naar ons huis. Wij spoelden het af en aten het lekker op. Maar het liep niet goed af met Pumpsi: ze werd zelf ook opgegeten. Door wie weet ik niet, ze kwam op een gegeven moment niet meer thuis.

Heeft u gezien wat er na de Bevrijding gebeurde met vrouwen die met Duitse soldaten omgingen?

Ja, dat heb ik gezien. Vroeger deed je alles lopend en ik weet nog dat ik over de Wilhelminabrug aan kwam lopen en bij de bioscoop op het hoekje een grote menigte zag staan. Bij de nooduitgang was een trap en daar bovenop stond een meisje. Ze werd helemaal kaalgeschoren. Dat vond ik vreselijk om te zien. Ik ben snel weggelopen en naar mijn moeder gerend. De oorlog kent alleen maar nadelen. Maar ik heb er natuurlijk wel van geleerd dat je eigenlijk nooit ruzie moet maken en dat je elkaar altijd alles gunt. Ik hou ook helemaal niet van ruzies.

 

 

 

 

 

 

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892