Erfgoeddrager: Ayub

‘De ramen van onze school werden dichtgetimmerd’

John Geelof had het interview met Ayub, Ubdulla en Miryam van basisschool Zeven Zeeën
tot in de puntjes voorbereid. Op de tafel in zijn woonkamer lagen allemaal spullen van vroeger uitgestald, en hij had zelfs een PowerPoint-presentatie in elkaar gezet. De kinderen hoorden niet alleen zijn oorlogsverhalen maar meteen ook de geschiedenis van Amsterdam-Noord en van de Tweede Wereldoorlog. Ze hadden zo wel de hele dag kunnen blijven luisteren naar deze meesterverteller.

Wat vond u het ergst in de oorlog?
‘Dat je niemand meer kon vertrouwen… Wie was je vriend en wie was je vijand? We hadden een lieve buurvrouw, Maria Duchateau, die heel bang was dat er iets met haar dochters zou gebeuren. Een van die dochters had namelijk gewerkt bij een rijke Joodse familie, terwijl het eigenlijk verboden was om met Joodse mensen om te gaan. Omdat mevrouw Duchateau zo bang was dat de Duitsers daarachter zouden komen, wilde ze dat wij onze radio, die in de oorlog verboden was, wegdeden. Anders dacht ze dat zij ook gevaar zouden lopen. Mijn vader die bij het verzet zat, heeft de radio toen verstopt; wij mochten daar niks tegen de buurvrouw over zeggen. We konden haar niet meer in vertrouwen nemen. Dat doet angst met mensen: je beste vrienden kunnen je vijanden worden.’

Wat merkte u van de bombardementen op Amsterdam-Noord?
‘Er kwamen mensen bij ons in huis wonen omdat hun huizen waren plat gebombardeerd. Iets anders dat ik me herinner is dat de ramen van de bovenste verdieping van onze school werden dichtgetimmerd. Vanuit onze school konden we het vliegveld in Tuindorp-Oostzaan zien liggen. De Duitsers wilden dat niet omdat ze bang waren dat we zouden spioneren. Pas toen ze het vliegveld onklaar hadden gemaakt, werden de ramen weer opengemaakt.’

Heeft u ook spannende dingen meegemaakt?
‘Ik was nog jong in de oorlog, maar mijn vader die bij het verzet zat, heeft veel meegemaakt. Hij moest eens wapens brengen en besloot met de tram te gaan, maar de Duitsers hielden de tram aan en kwamen binnen voor onderzoek. Mijn vader dacht snel na en besloot veel stennis te schoppen. De Duitsers waren daar zo van onder de indruk dat ze hem de tram hebben uitgezet. Ook moest hij een keer wapens brengen naar Haarlem, waar een grote verzetsgroep zat. Hij besloot mij mee te nemen om minder verdacht te zijn. Ik wist van niks natuurlijk. Hij kreeg de opdracht om de wapens af te geven bij restaurant Spoorzicht, naast het station, waar het barstte van de Duitsers. Mijn vader zei tegen mij dat ik moest gaan plassen, maar ik hoefde helemaal niet… Toch moest ik van hem naar de wc zodat ik niet teveel zou op vallen. De Duitsers gaven mij limonade en ondertussen bracht mijn vader stiekem de wapens naar achteren.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892